In het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) staat bij welke rechter een dagvaarding moet worden aangebracht. Welke rechtbank bevoegd is, verschilt per type zaak. De hoofdregel is dat de rechter van de woonplaats van de gedaagde bevoegd is. Daarop zijn weer diverse uitzonderingen. Een paar voorbeelden. Als een werknemer zijn werkgever dagvaardt, mag de werkgever bijvoorbeeld opgeroepen worden voor de rechter van de plaats waar het werk verricht werd. En in het consumentenrecht mag een bedrijf gedaagd worden voor de rechter van de woonplaats van de consument. In zaken die over onroerend goed gaan, bijvoorbeeld over een Vereniging van Eigenaren (VvE), is vaak de rechtbank van de plaats waar het gebouw staat bevoegd om van het geschil kennis te nemen. Dat is ook in huurzaken het geval. De VvE die daarover gisteren een vonnis ontving van de rechtbank Rotterdam, kreeg echter het deksel op de neus. Die was namelijk wat te makkelijk met deze bevoegdheidsregel omgegaan. Advocaat vastgoed- en procesrecht Robert van Ewijk legt uit wat er gebeurde.
Geschil over onroerende zaak: rechtbank waar het gebouw staat bevoegd
In artikel 103 Rv staat een bevoegdheidsregel voor geschillen over een onroerende zaak. Daar is bepaald dat de rechtbank van de plaats waar de onroerende zaak is gelegen, bevoegd is van het geschil kennis te nemen. De VvE in de kwestie die voor de rechtbank Den Haag diende en waarin gisteren een uitspraak is gedaan (niet gepubliceerd), had een van de leden gedagvaard. Het ging in die zaak om een achterstand in de betaling van de maandelijkse voorschotbijdragen. Een incassozaak dus. De VvE in kwestie redeneerde (vermoedelijk) als volgt. De VvE voert het beheer over het gebouw. Dat is een onroerende zaak. Daarom mag de rechtbank van de vestigingsplaats van de VvE kennisnemen van het geschil, aldus kennelijk De VvE. De bijdrage die het lid maandelijks moet betalen, komt immers in kas van de VvE en wordt onder andere voor het onderhoud van het gebouw gebruikt.
Rechter woonplaats gedaagde bevoegd bij VvE-incasso
De rechtbank ging daar echter niet in mee. Bij VvE-incasso gaat het niet om een vordering die met het gebouw te maken heeft. Het gaat om een vordering van verbintenisrechtelijke aard. Bovendien is de gedachte achter de bevoegdheidsregeling van artikel 103 Rv, dat de rechter zo nodig kan komen kijken bij het gebouw waar het geschil over gaat. Dat is bij een incassozaak niet nodig.
Rechtbank verklaart zich onbevoegd
De rechtbank verklaart zich daarom onbevoegd. Voor de VvE is het daarmee nog niet meteen ‘game over’. De rechtbank Den Haag heeft de zaak namelijk verwezen naar de rechtbank van de woonplaats van de gedaagde. Die is immers wel bevoegd om de incassozaak te behandelen. Het oordeel in deze zaak betreft dus nog geen inhoudelijk oordeel. Wel koopt de gedaagde hiermee tijd èn heeft deze vervolgens een ’thuiswedstrijd’. Ook dat zal inhoudelijk geen voordelen hebben, maar mogelijk slechts een kostenvoordeel meebrengen.
Advocaat procesrecht bij incassozaken
De advocaat procesrecht van Lexys Advocaten heeft jarenlange ervaring met het adviseren en procederen over welke rechter bevoegd is. Heeft u vragen waar uw incassozaak moet worden aangebracht of bent u gedaagde in een procedure? Neem dan contact op.